maandag 26 juli 2010

Van paddestoelen tot Pondicherrie.

Het is al weer een tijdje geleden dat ik nog eens iets gepost heb (let op de volgorde, lees chronologisch, vanonder naar boven), nochtans is er ongelooflijk veel gebeurd in die 5 dagen...van paddestoelen tot Pondicherrie.

24 juli

Mijn Spaans gaat er op vooruit...maricita, maricon, icho de putta, que passa poju, ... Ze heet Christina, ze komt uit Dubai en ze doet vrijwilligerswerk voor een ngo, meer weet ik er ook niet van, maar vandaag heb ik een ganse dag tijd om meer over haar te weten te komen. Als brunch eten we pandoori en nadien vertrekken we naar de ngo. Ondertussen ben ik al te weten gekomen dat de ngo zich inzet voor visueel gehandicapten en dat Christina er vandaag naartoe moet om het paspoort van een Chinese studente in orde te brengen.. Na een busrit van een dik uur komen we aan, we worden ontvangen door een mollige meneer met een jeansbroek en een rood hemdje. We krijgen wat thee (de beste die ik ooit gedronken heb) en na de paspoort formaliteiten word ik door dezelfde meneer rond geleid door het gebouw. De man blijkt zelf blind te zijn en de stichter van de organisatie. De organisatie blijkt blinden te ondersteunen in studies en sociale en maatschappelijke ontwikkeling. De man vertelt dat er slecht twee types van mensen zijn die in India niet aan een verzekering geraken: piloten en blinden. Er blijkt een muziekkamer, een computerkamer en een gym te zijn. Alles in perfecte staat. Daarna word ik de meisjeskamer binnengeleid waar zo’n 20 tal meisjes verblijven. Ze moeten zich één voor één aan mij voorstellen, met naam, studies en woonplaats daarna neem ik een groepsfoto. Eventjes later hetzelfde tafereel in de jongenskamer. Ik kan niet beschrijven wat voor indruk zoiets achterlaat. Op 15 augustus houden ze een festival en er wordt mij gevraagd of ik kan schaken en of ik eventueel zin heb om enkele studenten te leren schaken. Uiteraard heb ik daar zin in, ik kijk er al naar uit.
We verlaten het home en gaan nog iets drinken. Tijdens de busrit terug naar de campus toont Christina mij de drukste straat van Chennai. Je kan je eigen voeten niet zien als je door deze straat stapt, dat zegt genoeg.
Wat een dag...ik ben blij dat ze me mee gevraagd heeft... binnen twee weken gaan we naar Pondicherrie...

23 juli

Pablo (zie foto) heeft hoofdpijn... en ik heb voor het eerst een deftig ontbijt. Ik heb geen les en niets te doen dus ideaal om eens naar het Belgische consulaat te gaan hier in Chennai. Blijkbaar verblijven er zo’n 12 tal Belgen in Chennai waarvan er eentje een Belgisch restaurant uitbaat, dat komt meteen op de todo lijst. Daarna trek ik naar een conservatorium om wat piano te spelen.
Ik hunker naar ritme. Slapen gaat moeilijk waardoor ik nooit weet wanneer ik uit bed geraak en het is vaak nog zoeken naar dingen die je normaal gezien direct weet zijn. (zo heeft de zoektocht naar het conservatorium en het bezoek aan het consulaat een hele dag in beslag genomen) maar goed, dat zal wel beteren.
s’ avond spreek ik terug af met Prratima (Pro voor de vrienden) Nitish en Vikashini zijn er ook bij en ze hebben een vriendin meegebracht... Lang duurt het niet voor ze vertrekken en me alleen laten met hun vriendin. Hier zit ik dan, nog steeds in India (soms wel een vreemde gedachte). Een paar straatkindjes komen geïnteresseerd op mijn camera af, het oudste meisje begint spontaan te poseren en vraagt of ik foto’s wil trekken. Ondertussen is de vriendin tegen me beginnen praten. Na een kwartiertje vraagt ze of ik misschien zin heb om zaterdag met haar iets te gaan eten en samen naar de ngo te gaan. Dat komt nogal onverwacht aan, maar ik twijfel geen seconde... Ze heet Christina, ze komt ook uit Dubai en ze doet vrijwilligerswerk voor een ngo, uiteraard ga ik zaterdag met haar mee.

22 juli

Verspreid over de campus staan er verschillende zogenaamde “wifi-mushrooms” dat zijn ronde, overdekte zitplaatsen waar de wifi-verbinding een stuk beter is. Vandaag heb ik onder één van die mushrooms een groepje vrienden leren kennen. Nitish en zijn vriendin Vikashini die constant zitten te bekvechten, Pratima (met een hoog stemmetje) en Anupa (nogal bescheiden). Het duurt altijd een tijdje voor je de namen beet hebt. Het zijn allemaal schatrijke studenten die geboren zijn in India, maar wonen in Dubai en komen studeren in Chennai. Nitish blijkt meer met zaken bezig te zijn dan met studeren. Pratima leert me wat leuke plaatsen kennen om iets te gaan drinken, maar aan het gesprek komt een abrupt einde omdat we de tijd uit het oog verloren waren en de meisjes een avond klok hebben en voor 21u terug in hun hostel moeten zijn. We wisselen nog gsm nummers uit en nemen afscheid.
Ik blijf nog even om van het internet te genieten. Na een tijdje ben ik de muggen beu en stap ik terug naar mijn kot. Omdat de apen naar het schijnt dingen durven te stelen (vooral plastieken zakjes met eten zijn gegeerd) hou ik mijn spullen dicht bij mij.
Vanaf vandaag zit ik niet alleen meer in mijn kot, maar heb ik een kotgenoot. Zijn naam is Pablo, hij komt uiteraard uit Spanje. Pablo is groot en stevig gebouwd beschikt over een kuifje en een Rubickskubus. Zijn Engels is zeer goed en hij heeft veel interessante dingen te vertellen. Die eerste avond babbelen we tot diep in de nacht en drinken we een paar biertjes.

donderdag 22 juli 2010

21 juli

Ik voel me hier elke dag beter en beter. Het vuil op straat merk ik al niet meer op, het chaotische verkeer is best wel spannend en de klammige warmte ben ik ondertussen zo gewoon dat ik er niets meer van merk. Mijn verhuis naar het hostel blijkt de goede beslissing. Het enige nadeel hier is het internet, dat me voorlopig niet toelaat om foto’s te uploaden. (te traag en geen toegang tot picassa). Maar... men werkt eraan. Ze doen hier echt goed hun best om ons op onze wenken te bedienen. Een ijskast in elke kamer, geen probleem. Een microgolf in elke kamer, geen probleem. Te traag internet, geen probleem, we installeren wel een nieuw accespoint...
6u45 mijn wekker gaat af. Ik kruip onder mijn klamboe uit, kleed me aan en wek Ricardo. Even later stappen we samen de bus op die ons in 30 minuutjes naar de MIT-campus brengt, waar we les hebben. Ricardo, stevig gebouwd en uiteraard in Spanje opgegroeid is een nukkig persoon, lacht niet gemakkelijk, maar onder dat pantser klopt een klein hartje dat altijd bereid is om te helpen.
Mijn tweede les aëroelasticity, ik begrijp er weer niets van...en daarna mijn tweede privé labo met de windtunnels. Het gaat er erg ontspannend aan toe, heb toch stiekem wat foto’s getrokken en de assistent heeft me leren tellen tot 4 in Tamil. Oru, deeru, monu, nalu...
Tegen het einde kwam Barath nieuwsgierig kijken hoe het labo is verlopen. Barath is een doctoraatstudent en één van de personen die me gisteren geholpen heeft met het eerste labo. Hij is een van de weinige gezette Indiers die ik hier gezien heb. Toch is hij van bescheiden komaf.
We zijn na het labo samen iets gaan drinken en we hebben onze visies over India eens naast elkaar gelegd. Meer specifiek ging het over wat het verschil is tussen India als “developing nation” en India als “developed nation” Voor hem betekend ontwikkeld zijn, dat de staat, of organisaties binnen de staat, kunnen beschikken over alles wat ze nodig hebben. Hij haalde bijvoorbeeld het probleem aan dat een het moeilijk is om in India aan bepaalde materialen te geraken die nuttig zijn in de luchtvaartindustrie.
Volgens mij hoort bij ontwikkeld zijn ook dat niet alleen instanties, maar ook elk individu, zich kan ontwikkelen naar zijn wensen. Dat iedereen over de basis mogelijkheden kan beschikken die nodig zijn om te bereiken wat hij wil. Hier langs de straten zie je ongelooflijk veel mensen die (over)leven van dag tot dag, die niet tot de mogelijkheid beschikken om zich te ontplooien en zich zo tot hun maximale nut voor de maatschappij te ontwikkelen. De kans is groot dat de grootste geniën van India zich bevinden tussen de vele kinderen die overleven op straat en die nooit over de mogelijkheid zullen beschikken om zelfs maar te leren lezen.
Na het gesprek met Bharat ben ik met de bus terug naar de maincampus gegaan om voor het eerst te gaan zwemmen. Ze hebben hier blijkbaar de gewoonte om in de breedterichting van het zwembad te zwemmen.
s’avonds zijn we met een heleboel Erasmussers naar een pizzeria gegaan (zie foto) en nadien ben ik met Monthé nog naar een “club” gegaan :)... het was 2 uur toen we met een otto terug naar ons bedje reden...wat een dag...

20 juli

Het weer begint te veranderen, de hitte wordt minder (je geraakt er ook aan gewend) en het regent frequenter. Het regende binnen in de bus op mijn terugweg van de campus naar het hostel. Vandaag had ik mijn eerste labo aërodynamica. Een uur was er niet afgesproken “any time you want” had the professor geantwoord op mijn vraag wanneer ik verwacht werd. En dat bedoelde hij letterlijk, er staat tussen 8u30 en 16u altijd iemand klaar om mij te begeleiden. In het begin voel je je wel een beetje schuldig, maar je geraakt er aan gewend. In tegenstelling tot de theorie lessen, zijn de labo’s hier echt goed uitgewerkt. De labo’s gaan door in een oude, donkere hangar, waar vroeger vliegtuigen in geparkeerd stonden. Men beschikt misschien niet over de modernste meetapparatuur, maar de windtunnels die ze hier hebben zijn toch indrukwekkend groot. De professor leidde me rond in het labo. Helaas mocht ik geen foto’s trekken, ze wilde eerst alles deftig kuisen... en tijdens de experimenten vlogen er constant vleermuizen door de windtunnel :)

19 juli

Het hing al een tijdje in de lucht, maar vandaag ben ik dan toch verhuisd van de Spaanse villa naar “the international hostel” op de campus. De dagen daarvoor had ik gemengde gevoelens over mijn verblijf in de Spaanse villa. Enerzijds is het echt een prachtig kot alle voorzieningen zijn aanwezig, maar anderzijds ben je daar wel afgezonderd van de grote groep met Erasmusstudenten en bovendien werd er vaak Spaans gepraat waardoor ik mij buitengesloten voelde, ze begrepen mijn beslissing wel. Het duurde wel een volle dag om al de paperassen in orde te krijgen, ook zoiets typisch India...

zondag 18 juli 2010


Vandaag niets gedaan, behalve wat opzoek werk voor een eventuele 4 daagse trip volgend weekend. Gisteren daarentegen was een drukke dag. In de voormiddag had ik met Soekrit (Soeki voor de vrienden) afgesproken. Hij vindt het leuk om ons overal naartoe te nemen. Dus toen ik een paar dagen geleden tegen hem zei dat ik een kapper zocht stelde hij meteen voor om samen te gaan. Dus wij met twee naar de kapper, een kapsalon voor rijke Indiers, want Soeki behoort tot de upperclass. Ik vroeg een typisch Indisch kapsel en kreeg dat ook, daar zijn helaas geen foto’s van.
Daarna zijn we een pintje gaan drinken in een bar. Dat is hier vrij uitzonderlijk, bier vind je hier trouwens alleen in de bars van luxehotels. Soeki is echt trots op India, hij vertelde dat dat ook één van de redenen is waarom hij zoveel voor ons wil doen. Hij wil dat, als we teruggaan naar ons thuisland gaan, we goed praten over India...
Volgende week gaan we naar een nachclub, Indian style...Ik kijk er al naar uit...
s’avonds Organiseerden Casha en Marius, een pools koppel Erasmusstudenten, een feestje in hun appartement. We waren met zo’n 20 tal Erasmussers, de helft Spanjaarden, een paar polen, een Fransman die hier al 4 maanden verblijft en typische Indische trekjes vertoont, een Duitser en een paar Italianen. Om 3u ‘s nachts zijn we dan naar het strand gewandeld, het was de eerste keer dat ik hier de zee zag en voelde. De stroming was sterk, de golven luid en het water warm...
Het was 5uur toen we besloten terug te gaan naar ons appartement. Op dat uur rijden er nog amper otto's rond en het lag dus niet voor de hand om terug te geraken, na lang wachten aan een benzine station zijn we dan toch opgepikt met iemand. Met 8 in een auto die net groot genoeg is voor 4 personen.. Indian Style...

vrijdag 16 juli 2010

Vrouwen versieren en trouwen


Vandaag werd er een meeting voor de uitwisselingsstudenten georganiseerd. Best wel een plechtige bedoening. Al de uitwisselingsstudenten waren aanwezig en zo ook de decanen van de faculteiten en zelfs al de leerkrachten die les gaven aan een uitwisselingsstudent. Iedereen zat in één leslokaal en vooraan zaten de Vice-president van Anna University en Baskar, de directeur van het international affairs office. De Erasmusstudenten moesten om de beurt naar voren komen, handje schudden met de vice president, zichzelf voorstellen voor heel de zaal en dan kreeg je een paar geschenkjes. Na de plechtigheid kregen we een luxe-maaltijd aangeboden.
s’avonds thuis gezeten, wat mensen uitgenodigd en één daarvan was Soeki, een medestudent van Alé. We hebben gepraat over vrouwen versieren en trouwen. Soeki vertelde dat, in India, de meeste huwelijken gearrangeerd worden. Ongeveer 90%. Op het platte land ligt dat percentage nog hoger dan in de stad. Zo’n arrangement gaat gewoonlijk als volgt: Eerst zoeken de ouders in de familie(!) naar een passende partner, bijvoorbeeld een achternicht of neef. Bij de rijkere is het dan de gewoonte dat de gekoppelden mogen oordelen of ze de andere zien zitten of niet. Soeki vertelde dat hij zelf al twee aanbiedingen heeft afgewezen en dat vrouwen ook de vrijheid hebben om iemand af te wijzen. Als het niet lukt om in de familie een geschikte partner te vinden, gaat men opzoek onder kennissen en vrienden.
Het feit dat veel jongeren instemmen met zo’n arrangement lijkt misschien op het eerste zicht vreemd, maar je moet niet lang in India zijn om dit te begrijpen. Ten eerste leven jonge mannen en vrouwen hier in een heel erg gescheiden wereld. Zowat al het sociale gebeuren geschiedt gescheiden. Het is dan ook erg moeilijk om zelfs maar contact te leggen met iemand van het andere geslacht. Praten met iemand van het andere geslacht wordt als speciaal ervaren. Men gaat hier ‘s avonds amper uit (voor jonge vrouwen is er bovendien zoiets als een avondklok). Vind dus maar eens iemand op deze manier.
Een ander probleem is dat de verschillen in sociale klassen hier enorm groot zijn en dat men iemand moet vinden van dezelfde klasse. Iemand van een lagere klasse zal niet aanvaard worden. Dus je kan wel begrijpen dat het niet zo voor de hand ligt om in India te trouwen uit liefde.

donderdag 15 juli 2010

15 juli: villa's en favela's


Samen met Monica en Monthé door één van de favelas gestapt. Een beeld zegt meer dan 1000 woorden. Je vindt de foto's terug onder de fotopagina.
Het verschil tussen rijk en arm hier is zo groot maar zo verweven. Aan de ene kant van de straat kunnen grote villa's staan, elk met een eigen bewaker (of team van bewakers) en aan de andere kant van de straat is er een sloppenwijk of favela.
Heb ook een gesprek gehad met Sugantan, de bewaker van het guest-hostel waar ik mijn eerste nachten verbleef. Een zeer vriendelijk man, spreekt goed Engels en een kort babbeltje met hem duurt gemakkelijk meteen een half uur. Ik vroeg hem hoeveel hij verdiende. Na wat aarzelen zegt hij 4500 roepies per maand. Dat is 150 roepies per dag. Een fles water kost hier 15 roepies. Sugantan werkt 12 uur per dag.
Pas nu voor het eerst Indisch gegeten in de "kanteen" de lokale Alma. Ik moest, zoals hier de gewoonte is, eten met mijn handen. Niet gemakkelijk want je mag enkel eten met je rechter hand en het was een soort chilli con carné met een pannekoek, erg pikant, maar ik heb ervan genoten.

woensdag 14 juli 2010

14 juli: chillen

Vandaag gechilled, uitgeslapen, de foto’s van Els haar trouw bewerkt en online gegooid, naar de winkel, gekookt en ‘s avonds veel gepraat met mijn huisgenootjes. Fijn, het is geleden van voor de examens dat ik nog eens uitgeslapen en genietst heb. Wel mijn lessen gemist, niet goed, maar dat kwam omdat ik weer pas zeer laat in slaap was gevallen en slechts enkele uren had geslapen toen mijn wekker afging. Het zal de eerste en laatste keer zijn. Ik denk dat ik mij een brommer ga aanschaffen, want telkens de bus of te voet moeten gaan neemt te veel tijd in beslag.

13 juli: eerste les


Pats 7u, mijn wekker gaat af want om 8u30 heb ik mijn eerste les en de bus doet er bijna een uur over. Chennai slaapt nooit, op de baan is het even druk als gewoonlijk. Ik ben maar net op tijd, de professor staat buiten nog te wachten op laatkomers. Bij het binnengaan van de klas valt mijn mond open van verbazing, zo’n 30 paar nieuwsgierige Indische ogen staren me aan. Het valt me op dat op de eerste rij enkel meisjes en een verdwaalde Spanjaard zitten en daarachter enkel jongens. Alle banken zijn bezet dus ik loop naar achteren, de jongens op de laatste bank maken wat plaats voor mij en dan mag de show starten. De prof komt binnen en begint vooraan de klas te ijsberen. Het is muisstil in de klas. Hier en daar lopen wat hagedissen over de grond en de muren. Het duurde wel tien minuten voor de prof begon te praten. Dan plots begint hij in een onverstaanbaar Engels te praten. Ik versta slechts flarden van wat hij verteld. Regelmatig hoor ik hem zeggen “write down” en dan begint hij te dicteren en schrijft iedereen netjes op wat de prof zegt. Ik versta er amper iets van, maar mag uit het schriftje van mijn buur overschrijven. Als de prof stopt met dicteren gaan de pennen neer en stelt hij enkele vragen, waarop heel de klas, uitgezonderd de Spanjaard (die er duidelijk ook niets van begrijpt) en ik, mooi in koor antwoorden.
Na de les heb ik een ontmoeting met de decaan en de proffen die me les geven. Er wordt wat onderhandeld en we besluiten dat ik vanaf nu enkel op dinsdag en woensdag les heb. Wat mijn thesis betreft, daar sta ik zo goed als alleen voor. Men beschikt hier gewoon niet over de noodzakelijke middelen, maar goed, dat had ik ook wel verwacht.
Na het gesprek ga ik per “otto” terug naar de guest hostel waar al mijn spullen liggen. Een otto is een driewielig brommertje bestuurd door een chauffeur (zie foto’s) op zich al een avontuur. Ik pak mijn spullen en trek in bij de 3 Spanjaarden Monthé, Monica en Alejandro.

dinsdag 13 juli 2010

Day One, 12 juli: "My Spanish day"


Eindelijk, na enkele hectische dagen, wat rust gevonden (en ook wat tijd) om eens rustig na te denken over de afgelopen dagen. Momenteel zit ik in een comfortabele zetel temidden van twee Spaanse furies (niet de twee medestudentes hiernaast op de foto) en een toreador...

Ik heb een beetje het gevoel dat wat ik gisteren allemaal heb meegemaakt moeilijk te vatten is in woorden, alles is zo overweldigend en woorden komen echt te kort om mijn eerste indrukken te beschrijven.
De dag begon met een slechte nachtrust, de warmte, het allesoverheersende geluid van de ventilator en de (angst voor) muggen gedroegen zich als communicerende vaten die slapen erg moeilijk maakten. Wanneer ik na een paar uur slaap mijn wekker hoorde afgaan was dat het signaal om aan mijn eerste dag India te beginnen. Mijn eerste stop was het “international affairs office” (net als het guesthostel ook in de MainCampus) waar er een stuk of tien mensen zich ontfermen over een stuk of 30 internationale studenten waarvan de helft Spanjaarden. De mensen zijn erg vriendelijk en aan het hoofd staat professor Baskar die een kantoor heeft waarop onze rector jaloers mag zijn... op 16 juli wordt er een samenkomst georganiseerd waarop al de Erasmussers zijn uitgenodigd. Baskar maakt me duidelijk dat the guesthostel slechts een tijdelijke oplossing is en dat ik ofwel zelf opzoek moet gaan naar een appartement of in een hostel op de campus kan blijven.
Hij stuurt me naar de campus waar ik les zal hebben namelijk de “MIT-campus” (Madras Institute of Technology :) Deze campus blijkt op een busrit van zo’n 30 minuten verwijderd te zijn van de MainCampus. Zotte busrit, Chennai is een grote, totaal ongeordende, puinhoop van verkeer, mensen en vuil. Ben er van onder de indruk maar geniet vooral van al die nieuwe indrukken, het moet nog allemaal een beetje bezinken. Mijn busrit wordt betaald door een nieuwsgierige erg vriendelijke Indiër en koste 10 roepies (1euro = 60 roepies). Het weer doet me zweten als een paard, heeft kleren wassen zo wel zin, op deze manier is het onmogelijk om er netjes bij te lopen.
Aangekomen op de MIT Campus voel ik me een alien, maar ik kom in vrede en mijn Indische studiegenootjes voelen dat. Op zoek naar mijn departement, in de hoop te weten te komen waar en wanneer ik welke les heb, kom ik wel een 10 tal studenten tegen die me vragen of ik “that spanish boy” ben en ik antwoord “ no I’m the Belgian boy” iedereen is heel vriendelijk en bied me van alles aan, niet omdat ze iets terug verwachten maar omdat ze trots zijn om contact te hebben met zo’n vreemde blanke vogel. Eén van die jongens biedt me zelfs een simkaart aan en daarbij uiteraard meteen zijn nummer. Wanneer ik mijn departement vind, een oud vervallen gebouw, maakt een van de mensen van de staf me duidelijk dat mijn eerste les aëroëlasticity morgen plaats vindt om 8u30...
Ik besluit terug te keren naar de maincampus om nog wat paperassen klaar te maken in the international affairs office. Daar ontmoet ik een Spaanse “Monthé” ze vertelt me dat zij en twee anderen nog opzoek zijn naar een vierde persoon die mee hun appartement wil delen. Ze nodigt me uit om te komen kijken en om mee te eten...
Prachtig appartement, eigen kuisvrouw, wasmachine, chauffeur en slechts 10 euro per maand duurder dan het hostel dat me door de universiteit werd aangeboden. We eten Spaans. Het guest hostel lijkt meteen een pak minder aantrekkelijk en na verhalen gehoord te hebben over de hostels op de campus is mijn keuze snel gemaakt, maar ik laat me er nog een nachtje over nadenken...
Die nacht verdwaal ik nog onderweg van de Spaanse villa naar het guesthostel. Maar ik kom gelukkig iemand tegen die de weg kent. Zijn naam is Kaavin, 23, studeert op de maincampus en wandelt graag met mij mee om me de weg te wijzen en wat te kunnen praten. Het gesprek met Kaavin zal me altijd bij blijven. Kaavin vraagt me wat ik van India vind. “moeilijk te zeggen, ik ben hier pas 1 dag” antwoord ik. Hij vertelt me dat hij niet echt van India houdt, dat hij graag in Amerika wil gaan studeren en dat hij hier moeilijk de kansen krijgt om zich te ontwikkelen.
Dat deed me echt voor de eerste keer beseffen dat het voor mij gemakkelijk is om hier even een half jaartje rond te lopen en wat levenservaring op te doen. Voor mij is het gemakkelijk om India leuk te vinden. Omdat ik, in tegenstelling tot de mensen die hier langs de kant van de weg verhongeren, weet dat als het er echt op aankomt, ik altijd een vluchtroute heb. Dat wanneer ik ziek wordt of het hier beu ben , ik altijd terug het vliegtuig kan nemen naar het veilige en propere belgenlandje... hard

Vertrek en aankomst

7u00, net ingecheckt, nog een laatste keer poseren voor een ijverige vader-fotograaf (die gaat straks nog een fles champagne ontkurken, een half jaar rust) en dan... alleen... en voor het eerst in de minderheid, blank en rode-stip-op-voorhoofd-loos, speciaal gevoel...

24u00 mijn vliegtuig is net geland. Eerste contact met India: temperatuur valt best mee, meneer Murugan (van het onthaalcomité) komt me ophalen, we gaan samen met de taxi naar het guest-hostel van Anna University. Rijstijl: Het is ondertusen al 1u30 maar er is toch nog veel volk op de baan. Er staan wel degelijk lijnen op de weg die de baanvakken van elkaar scheiden maar volgens mij staan die er eerder per ongeluk. De taxichauffeur heeft de gewoonte om op twee rijbanen tegelijk te rijden en moet af en toe uitwijken voor een auto die midden op de baan geparkeerd staat. Hihi ik voel mij hier al meteen thuis...
Guest Hostel: dubbel bed, tv, douche en wc, alles dik in orde. gelokaliseerd in de MainCampus.

Kip Madras?


Welkom! Hoe is het toch zover kunnen komen dat ik het laatste jaar van mijn studies aanvang op enkele duizenden kilometers van mijn Alma Mater? Wel er bestaat zoiets als Erasmus Mundus, een uitwisselingsprogramma tussen verschillende universiteiten over heel de wereld. In de praktijk komt het hier op neer: applicatie, paspoort, visum, inentingen, learning agreement, rugzak, afscheid nemen en het vliegtuig op.
Mijn blog kreeg de naam "Kip Madras" omdat Chennai vreemd genoeg bij weinigen een belletje doet rinkelen, omdat Chennai vroeger Madras werd genoemd, omdat Madras wel bij velen een belletje doet rinkelen en omdat ik vaak de opmerking heb gekregen "ah van dat recept, kip madras"
Meer weetjes over Chennai of over mijn gast universiteit "Anna university" vind je terug via de links hier rechtsboven (die ik, alles op zijn tijd, constant zal updaten), je kan natuurlijk ook altijd eens een wikipediatje doen.
Tenslotte wil ik nog enkele mensen bedanken die mij geholpen hebben met mijn deportatie naar Chennai. In de eerste plaats denk ik dan aan Vicky Wandels van international office, die zowat alles voor mij geregeld heeft, zonder haar zou ik nu niet in India zitten. Maar ook vele nandri's (Tamilsche danku's) aan iedereen die mij geholpen heeft met het realiseren van dit avontuur.